Een wenende moeder big zwaait de biggetjes uit, ze gaan op zichzelf wonen op een open plek in het bos. Het eerste biggetje is snel klaar met het bouwen van zijn huisje, hij gaat liever vruchten plukken en maakt een huisje van stro. Het tweede biggetje heeft ook haast, hij houdt meer van spelen en zoekt takken en planken bij elkaar voor een houten huis. Het derde biggetje wil een stevig huis bouwen en heeft er ook echt zin in zien we op de tekening. Hij is druk in de weer met bakstenen en cement.

In de tussentijd loopt er een hongerige wolf op zoek naar eten door het bos. Hij stuit op het strohuisje en blaast het zo omver. Ook het houten huisje houdt geen stand tegen de blaaskracht van de wolf. De twee kleinste biggetjes vluchten bang naar het stenen huis van hun broer. De wolf blaast en blaast en blaast maar het huis blijft overeind. Dan besluit hij op het dak te klimmen en glijdt door de schoorsteen naar beneden. Maar daar wacht hem een onaangename verrassing, hij valt in een ketel met kokend water, de maaltijd voor de biggetjes is klaar.

De tekeningen, uitgevoerd in heldere kleuren, zijn in dit stevig uitgevoerde kartonboekje versterkt door reliëf- en stanswerk. Leuk voor peuters om het verhaal ook even te kunnen voelen. De biggetjes lijken op het eerste gezicht wat gelijkmatig, maar als je goed kijkt zie je allerlei emoties langskomen. Misschien zijn de peuters zelf ook wel eens geschrokken en bang geweest en voelden ze zich opgelucht en blij als het gevaar geweken en bezworen was.
 

Boekgegevens

Koop dit boek Juryrapport