Januari
Als we de berichten in de media mogen geloven, duurt het niet lang meer of de wolf komt ons land binnen.
Terecht of niet, wolven hebben een slechte reputatie. Denk maar aan ‘De wolf en de zeven geitjes’ en
‘Roodkapje’ of, wat dichter bij onze tijd, aan ‘Van Wisjni naar Wosjni’ van Annie M.G. Schmidt. Maar zie,
daar is Rolf - inderdaad, rijmt op wolf – en hij is, dat zegt mevrouw Bodde zelf, een lief wolfje.
April
U heeft er wellicht wel eens een gezien in een museum: een grote antieke kast, zoals er wel meer zijn, maar
als je de deuren opent zie je geen planken met servies- of linnengoed, maar een compleet ingericht
herenhuis, van kelder tot zolder, in miniatuur. Tot in de kleinste details zie je de hele inventaris zoals die in
de huizen van welgestelde burgers aanwezig was. Een kostbaar bezit, zo’n poppenhuis.
Juli
Lief, schattig, aardig, vertederend, aandoenlijk, snoezig, hartveroverend en noem nog maar een aantal
soortgelijke adjectieven op, ze zijn allemaal van toepassing op de foto’s in dit boek. Nog preciezer gezegd:
ze passen stuk voor stuk bij de twee ijsberen die er een rol in spelen: mama ijsbeer en haar zoontje Vicks.
Oktober
Hoeveel vrolijker zouden onze straten eruit zien als makers van bestemmingsplannen en leden van welstandscommissies zich hadden verdiept in het standaardwerk voor straatplanning ‘Bij ons in de straat’ van Koos Meinderts. Geen sprake meer van saaie eenvormigheid maar een verrassende mengelmoes van bouwstijlen. In zo’n straat hoef je niet meer te gissen naar achtergrond, beroep of liefhebberij van je buren. Laat me je huis zien en ik zal zeggen wie je bent!